Verzuimverzekeraars hadden afgelopen jaar binnen de voor Nederland zogeheten ‘vitale sectoren’ de hoogste schade.

Gisteren werd door de overheid een lijst bekendgemaakt met beroepen en sectoren die voor Nederland van vitaal belang zijn in crisistijd, zoals nu bij de Corona-uitbraak. Het is opvallend dat juist deze sectoren een relatief hoog ziekteverzuim hebben, zo blijkt uit cijfers van het CBS.

Koplopers zijn de zorg- en welzijnssector en de waterbedrijven/afvalbeheer, met beide in 2019 een gemiddeld verzuimpercentage van 5,7%. In het vierde kwartaal was het verzuim bij de waterbedrijven met 6% zelfs nog wat hoger dan de zorgsector (5,9%). Daarnaast is het ziekteverzuim bij ‘openbaar bestuur en overheidsdiensten’, waaronder bijvoorbeeld de politie valt, met 5,5% nog steeds hoog (wel iets lager dan 2018).

Er zijn ook vitale sectoren die het wat dit onderwerp wat beter doen. Zo scoort de energievoorziening met 4,1% iets lager dan het algehele gemiddelde verzuimcijfer in Nederland van 4,4%. Ook ‘informatie en communicatie’ (onder meer IT-infrastructuur en datacommunicatie) doet het met een verzuimcijfer van 3,2% goed, hoewel het hoger ligt dan 2018.

Een beetje sneu in het licht van de recente overheidsmaatregelen, zijn de traditioneel lage verzuimcijfers van de horeca (2,7%) en ‘cultuur, sport en recreatie’ (3,6%). Ondanks hun hoog arbeidsethos moeten ze nu gedwongen dicht of missen ze erg veel inkomsten. Een kleine pleister op de wonde is dat hun verzuimpremies met deze percentages waarschijnlijk relatief laag zijn.

Het algehele verzuimcijfer in Nederland steeg in 2019 licht van 4,3% naar 4,4%. Ook in het vierde kwartaal van vorig jaar nam het verzuim toe: met 0,2 procentpunt naar 4,5%. De toename komt voor rekening van kleine en middelgrote bedrijven en organisaties. Bij bedrijven en instellingen met meer dan 100 werknemers bleef het stabiel maar wel bovengemiddeld (5,2%).