Polisblad niet verstrekt: verzekeraar moet niet-gedekte schade vergoeden
Het verzenden van het polisblad na afsluiten van een verzekering is wettelijk verplicht. Wanneer dit niet is gebeurd, of wanneer de verzekeraar niet kan aantonen dat dit is gebeurd, moet deze eventuele schade als gevolg hiervan vergoeden. Dat blijkt uit een recente uitspraak van de Geschillencommissie van het Kifid. Maar ook de verzekeringnemer heeft een verantwoordelijkheid: hij/zij moet naar het polisblad vragen.
In deze zaak is de verzekerde van de trap gevallen en ongelukkig op zijn schouders terechtgekomen. Ruim een jaar na het ongeval doet hij een beroep op zijn ING-Ongevallenverzekering voor een uitkering vanwege blijvende invaliditeit van beide armen. De verzekeraar Nationale-Nederlanden weigert de claim, omdat de verzekering alleen dekking biedt voor ‘overlijden als gevolg van een ongeval’. Dit staat zo op het polisblad vermeld.
De verzekerde is onaangenaam verrast en zegt er stellig van overtuigd te zijn dat met hem ook dekking voor blijvende invaliditeit was overeengekomen. Dat blijkt onder andere uit de polisvoorwaarden. Daarnaast verwijt de consument de verzekeraar dat aan hem nooit een polisblad is verstrekt. Hij neemt geen genoegen met de afwijzing van de verzekeraar en beklaagt zich bij klachteninstituut Kifid.
Polisblad bepalend
Volgens het polisblad uit 2018 is alleen overlijden als gevolg van een ongeval verzekerd. De verzekerde heeft niet kunnen aantonen dat hij in 1999 een ongevallenverzekering is aangegaan die ook ‘blijvende invaliditeit’ na een ongeval zou dekken. Dat in de voorwaarden wordt gesproken over dekking voor zowel ‘overlijden’ als ‘blijvende invaliditeit’ doet hier niets aan af. Uit het polisblad blijkt duidelijk dat blijvende invaliditeit niet is gedekt en dat is bepalend.
Maar de verzekerde blijft op het standpunt dat hij het polisblad nooit heeft ontvangen. Niet eerder dan bij zijn claim in 2020 is hem duidelijk geworden dat hij niet verzekerd zou zijn voor ‘blijvende invaliditeit’. Het is nu aan de verzekeraar om te bewijzen dat de verzekeringnemer na afsluiting van de polis in 1999 het polisblad wél heeft ontvangen. De redenering van de verzekeraar dat de polis ‘standaard wordt verstrekt’ en dat het polisblad in MijnING is te raadplegen is ontoereikend. Afgezien van het feit dat MijnING in 1999 nog niet bestond, merkt de Geschillencommissie op dat het polisblad weergeven in een persoonlijke internetpagina als methode voor het afgeven van een polisblad wettelijk niet is toegestaan.
Ieder de helft
Nu de verzekeraar niet kan aantonen dat de verzekerde het polisblad niet heeft ontvangen, volgt de Geschillencommissie de consistente en stellige verklaringen van de verzekerde: had deze de polis in 1999 wel ontvangen, dan zou hij alsnog hebben gekozen voor dekking voor ‘blijvende invaliditeit’. Dit betekent dat de verzekeraar schade moet vergoeden alsof ‘blijvende invaliditeit’ is gedekt door de verzekering.
Tegelijkertijd had de verzekerde in al die jaren zelf bij de verzekeraar kunnen en moeten aankaarten dat hij nog geen polisblad had ontvangen. Had hij dat gedaan, dan had hij eerder opgemerkt dat hij voor ‘blijvende invaliditeit’ niet was verzekerd. De Geschillencommissie oordeelt nu dat de verzekeraar de claim alsnog moet behandelen. Voor zover er sprake is van schade, komt hiervan de helft hiervan voor rekening van de verzekeraar en de helft voor rekening van de verzekerde.
Deel dit bericht, kies uw platform!
Linda Welther