Arbeidsmigranten zijn relatief vaak betrokken bij arbeidsongevallen. Ook is het overlijdenspercentage bij deze groep na een ongeval twee keer zo hoog als bij andere werknemers. Dat meldt de Arbeidsinspectie.

In 2023 rondde de Arbeidsinspectie in totaal 2.448 ongevalsonderzoeken af. Daarbij waren 2.386 slachtoffers betrokken, waarvan 69 dodelijk. Dat blijkt uit de Monitor arbeidsongevallen 2023. Die cijfers zijn iets hoger dan over 2022: toen rondde de inspectie 2.295 onderzoeken af en waren er 2.357 slachtoffers betrokken, waarvan 40 dodelijk. In 2021 lagen de cijfers op 1.957 afgeronde onderzoeken, 1.937 slachtoffers, waarvan 62 dodelijk.

Bij kleine bedrijven vaker ongevallen dan bij grote

De meeste arbeidsongevallen vinden plaats bij waterbedrijven en afvalbeheerders. Ook in de bouwsector, landbouw, bosbouw en visserij, vervoer en opslag en de industrie komen relatief vaak arbeidsongevallen voor. Bij kleine bedrijven gebeuren veel vaker ongevallen dan bij grote bedrijven.

Mannen zijn veel vaker slachtoffer van een arbeidsongeval dan vrouwen. Mensen van 55 jaar of ouder zijn ook vaker slachtoffer; met name in de zorg. Maar in bijvoorbeeld de landbouw, bosbouw en visserij zijn juist mensen jonger dan 25 jaar vaker slachtoffer.

Vallen komt het vaakste voor

Het meest voorkomende ongevalstype is vallen, net als in vorige jaren. Daarnaast ziet de Arbeidsinspectie dat er relatief vaak ongevallen plaatsvinden met vorkheftrucks, pallet-hefwagens en ladders. Bij bijna één vijfde van de ongevallen is er blijvend letsel.

Bij ongeval met arbeidsmigrant vaker boete opgelegd

Naar arbeidsmigranten is voor deze monitor een verdiepend onderzoek wordt gedaan. Deze doelgroep is mede gekozen naar aanleiding van de maatschappelijke en politieke aandacht ervoor. Het gaat om niet-Nederlandse slachtoffers die stonden ingeschreven in de Registratie Niet Ingezetenen (RNI) zonder geregistreerd tijdelijk verblijfsadres. Deze registratie is onder andere bedoeld voor personen die korter dan vier maanden in Nederland verblijven en hier willen werken.

Per 100.000 banen bedraagt het aantal ongevallen met arbeidsmigranten in de RNI 37. Bij andere slachtoffers (Nederlanders en arbeidsmigranten die bij gemeenten ingeschreven staan) is dat aantal 26. Ook wordt er bij de onderzoeken van ongevallen met arbeidsmigranten vaker een boete opgelegd.

Arbeidsmigrant is vaak jong en erg kort in dienst

Bovendien is het overlijdenspercentage bij arbeidsongevallen van de groep arbeidsmigranten in de RNI twee keer zo hoog. In 4% van de gevallen bij arbeidsmigranten komt het slachtoffer te overlijden, terwijl dit bij de overige slachtoffers 2% is.

De meeste ongevallen met arbeidsmigranten vinden plaats in de metaalindustrie, slachterijen en landbouw, bosbouw en visserij. Verder zijn slachtoffers uit de groep arbeidsmigranten in de RNI vaker uitzendkracht, jongere en erg kort in dienst op het moment dat het ongeval plaatsvindt.

Meerdere oorzaken

De arbeidsinspectie ziet meerdere oorzaken voor deze hoge percentages: arbeidsmigranten doen vaak ongeschoold, laagbetaald en tijdelijk werk, en dan ook nog in sectoren waar het risico op ongevallen al relatief groot is. Verder kan het voorkomen dat arbeidsmigranten door taal- en cultuurverschillen instructies en waarschuwingen niet goed begrijpen.

Ook kan er sprake zijn van een afhankelijkheidssituatie van de werkgever, waardoor de werknemers minder geneigd zullen zijn te klagen over onveilige omstandigheden. Wanneer de werkgever nalatig is om risico’s goed in te schatten en maatregelen te nemen, kunnen deze factoren oorzaken zijn van een arbeidsongeval.

Bron: Arbeidsinspectie